Beeld uit het webinar |
Gisteren gaf ik voor het eerst
mijn webinar over schrijfonderwijs op de basisschool. Een spannende en
interessante ervaring. Ik was vooral benieuwd of het mogelijk zou zijn online
een soort taalronde te doen. Ik stelde me voor hoe mensen door het hele land
heen virtueel met elkaar in een vertelkring zaten, weliswaar ieder achter hun
eigen schermpje, maar toch, in verbinding met elkaar en nieuwsgierig naar
elkaars belevenissen.
Het was natuurlijk wel jammer
dat de deelnemers elkaars bijdragen niet konden horen of lezen, en moesten
afgaan op wat mijn maatje Petra en ik voorlazen. Juist het op elkaar reageren
met vragen werkt sterk in vertelkringen; het zorgt ervoor dat een verhaal
verdiept wordt met allerlei details. Dat effect werd toch een beetje zichtbaar
toen de deelnemers vragen stelden aan Petra, nadat zij vertelde hoe haar hond
wel eens ontsnapt als de voordeur open staat:
en Petra daarop via de microfoon antwoordde.
Wat ik wilde laten ervaren is
een belangrijk principe van schrijfonderwijs op de basisschool: hoe belangrijk
het is om de tijd te nemen voor het tot leven brengen van interessante inhoud
voor teksten, en voor herhaalde pogingen om die inhoud eerst mondeling, met
hulp van anderen onder woorden te brengen.
Een deelnemer vroeg me of dit
allemaal niet veel te lang duurt voor de Cluster 4-kinderen waarmee hij werkt. Dat
zijn, weet ik nu, kinderen met ernstige gedragsstoornissen. Diezelfde vraag
krijg ik vaker, meestal met verwijzing naar ‘speciale’ typen kinderen: drukke,
taalzwakke, anderstalige, dyslectische, getraumatiseerde of anderszins
bijzondere kinderen. Ik denk dat taalrondes over ervaringen juist voor kinderen
met weinig zelfvertrouwen, van wie weinig verwacht wordt, belangrijk kunnen zijn.
Bij zulke kinderen is de schrijfdrempel torenhoog. Juist met hen is het
belangrijk om eerst in gesprek te raken over doodgewone, dagelijkse ervaringen,
en zo snel mogelijk na het vertellen aan het schrijven te gaan. Dat dit geen
urenlang kringgesprek moet worden lijkt me duidelijk. Het gaat niet om hoe lang
het duurt, maar om de inhoud en de vertelsfeer. Wat een leerkracht kan leren,
is goede onderwerpen vinden om over te vertellen, en goede vragen leren stellen
om dat interessant te houden. Ook kinderen moeten leren over iets gewoons te
vertellen, naar elkaar te luisteren en vragen te stellen als ze iets niet
begrijpen. Vervolgens zijn tempo en timing belangrijk. Mijn antwoord is dan
ook: geef jezelf de kans om dit productief te leren maken in de groep kinderen
waarmee jij werkt! Laat je niet afschrikken als het niet meteen geweldig gaat! En
last but not least: leer met kinderteksten omgaan alsof het kostbaarheden zijn
met een uiterst interessante boodschap, juist bij kinderen die denken dat ze
niks kunnen. Ik ga er nog op terugkomen in mijn blog.
Ik kreeg enthousiaste reacties
op het webinar, waarin ik de deelnemers wilde laten kennismaken met de basiswerkvorm van de taalronde en met vuistregels voor goed schrijfonderwijs.
Ik kreeg ook veel mailtjes van mensen die teleurgesteld waren dat ze niet
konden meedoen. Diegenen kan ik een tweede kans aanbieden: op woensdag 21 juni
herhaal ik het webinar twee keer: een keer van 14-15 uur en een keer van 19-20
uur. Je kunt je daarvoor nu al opgeven via deze link. Probeer een collega mee
te krijgen! Misschien is het een begin van het echt aanpakken van
schrijfonderwijs op jouw school.
Je kunt je ook opgeven voor mijn
Nieuwsbrief door je naam en mailadres aan mij te sturen via het
reactie/berichtenvenster onderaan deze post. Dan krijg je binnenkort mail over
online cursusaanbod in komend schooljaar.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten