zondag 4 december 2016

Brieven leren schrijven in de 21ste eeuw




Het viel me ineens op dat pabostudenten die een schrijfopdracht voor hun stagegroep moeten bedenken, bijna altijd denken aan een brief. Zou dat hetzelfde effect zijn als: bij gereedschap denken aan een hamer, bij kunst aan een schilderij en bij sport aan voetbal? Er is misschien nog een reden voor het onmiddellijk opduiken van het brief-idee: het is een betekenisvolle schrijftaak; een brief is echt aan iemand gericht en je kunt hem echt versturen, net als een uitnodiging. Maar is het ook een leerzame schrijfopdracht en verdient hij wel zoveel aandacht dat je hem overal tegenkomt als voorbeeld van een betekenisvolle schrijftaak? 

Briefje van zevenjarige
Wat is eigenlijk een brief?
Met mijn studenten bespreek ik het idee van een brief. Brieven kunnen ontzettend van elkaar verschillen, nog afgezien van de vraag wie tegenwoordig nog brieven schrijft. Een brief aan je oma over wat je in de vakantie gedaan hebt, een brief aan je ex-vriendje waarom je het uitgemaakt hebt, een boze brief naar de fabriek van je dure winterjas waarvan de naden al na een half jaar doorlekken, een sollicitatiebrief, een briefje voor je moeder dat je even bij de buren bent en om zes uur thuiskomt, een brief aan de gemeente over een zebrapad dat nodig bij de school moet komen. Het enige dat deze teksten gemeenschappelijk hebben is het gegeven dat een brief aan iemand gericht is, en dus voorzien is van een aanhef, een datum en een afsluiting met een groet. Verder lijken ze niet op elkaar. Een brief beschrijft iets, of legt iets uit, of beargumenteert iets, of smeekt of klaagt of informeert. Nogal grote verschillen. Als je met kinderen brieven schrijft, zou het daarom moeten gaan: wat moet de brief doen, en welke toon past bij de situatie en de lezer?

Wat je kunt leren van brieven schrijven
Staat deze verbinding van doel, structuur en toon wel centraal als leerkrachten in het basisonderwijs hun leerlingen opdragen om een brief te schrijven? Mijn indruk is dat dit wel gebeurt, maar op een impliciete manier. Iedere volwassene weet dat informele en formele brieven (of mails) van elkaar verschillen, al was het maar omdat je ervaring hebt met berichten van de gemeente of de belastingdienst, en met de vrolijke mailtjes van familieleden of van collega’s die je dagelijks ziet. Iedereen heeft ervaring met het verschil tussen ‘hoi broertje’ en ‘geachte heer of mevrouw’, tussen ‘lieve’ of ‘beste’ of tussen ‘tot kijk’ en ‘met vriendelijke groet’. Bij kinderen is die ervaring nog beperkt; zouden zulke verschillen in woordkeus en toonkeus expliciet gemaakt moeten worden in een brievenschrijfles? Het zou de les op schrijfgebied interessant kunnen maken.

Een brief aan de directeur van de school
Laten we even een voorbeeldje bekijken. Kinderen van een bovenbouwgroep ergeren zich al een tijd aan juffen en meesters die op een plat dakje van de school gaan staan om in de pauzes te roken. Hun lokaal ligt daar vlak onder en de rook kringelt door de open ramen naar binnen. Gadverdamme, nu stinkt het bij ons ook naar rook! Ze argumenteren verontwaardigd: roken is slecht voor je, je zou op zijn minst kunnen zorgen dat anderen er geen last van hebben! Kunnen ze niet ergens anders gaan staan, of gewoon helemaal niet roken op school? De leerkracht suggereert dat ze hierover een brief naar de directie zouden kunnen sturen. De context voor een geweldige schrijfles is geboren. Eerst: wat moet er allemaal in de brief komen en in welke volgorde. De situatie heel goed beschrijven, dat is duidelijk. En dan ook heel duidelijk wat we ervan vinden en waarom. Je standpunt verkondigen blijkt makkelijker dan het beargumenteren. Misschien moeten we eerst eens kijken of er schoolregels bestaan over roken?
Dat er op het einde een voorstel moet komen om het probleem aan te pakken, dat snapt iedereen. Maar het allerbelangrijkst is de toon van de brief. Moet die woedend zijn (‘dit is belachelijk’), of juist heel aardig (‘dit vinden wij best wel gek’)? Wat zou het meeste effect hebben? En hoe spreken we eigenlijk de directrice aan: ‘beste Anne Floor’, of ‘geachte mevrouw de directeur’? Er komen twaalf versies van brieven, die op al deze punten met elkaar vergeleken kunnen worden, voordat de brief definitief gemaakt en verstuurd wordt. Het wachten is op het antwoord – welke toon zou dat hebben?

Brieven kunnen het onderwerp zijn van leerzame schrijflessen, zo blijkt uit dit voorbeeld. Ik snap ineens hoe dat komt: omdat een brief altijd een specifieke lezer en een sociale situatie veronderstelt, en kinderen daardoor vanzelfsprekend bezig zijn met welke taal bij die lezer en die situatie past. Een enorm belangrijk aspect van schrijfvaardigheid. Dan moet je daar als leerkracht natuurlijk wel de focus op leggen.

Hoewel ‘brieven’ in de 20 ste eeuwse zin van het woord misschien niet veel meer in de bus vallen, zijn er in de 21 ste eeuw ladingen briefachtige teksten die mensen met een bepaald doel aan elkaar schrijven. Zo lang het woord ‘brief’ nog bestaat kunnen we er schrijflessen omheen ontwerpen, die gericht zijn op doel, structuur en toon. Het maakt dan niet per se uit of de brief levensecht is. Als hij maar wel over iets betekenisvols gaat.

Brieven schrijven als leermiddel en niet als doel
Als je brieven gaat schrijven met je leerlingen, denk dan niet te veel aan formele brieven van overheidsinstanties of aan of de datum wel op de goede plek staat, maar bedenk wat je doel is met het inzetten van de briefvorm, bespreek met je leerlingen wat je wilt bereiken bij de lezer en hoe verschillende woorden daaraan kunnen bijdragen of afdoen. Probeer verschillende vormen uit op effect en bespreek die in de groep. Sjonge, ik zie het ineens weer helemaal zitten met die brieven!
Ik hoor wel al tegensputterende leerkrachten: kinderen moeten toch ook een formele brief leren schrijven? Dat staat toch in de referentieniveaus? Nou daar kan je natuurlijk best ook weleens aandacht aan besteden in de bovenbouw. Het onderscheid formeel-informeel is een interessant en belangrijk aandachtspunt voor alle soorten teksten. Maar los van een betekenisvolle context werkt het denk ik niet. Val kinderen op de basisschool niet lastig met het schrijven van een sollicitatiebrief, zou ik zeggen.


Ik kom later nog eens terug op het schrijven van brieven en mails in correspondentie tussen scholen in verschillende landen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten